Sabaai Dii!!

Sabaai Dii!!

Al lijkt Cambodja voor ons alweer mijlenver terug, het is toch echt waar we met ons reisverslag gebleven waren. Dus vanaf Kratie zullen we dit deel beginnen.
De derde dag in Kratie hebben we gevuld met een fietstocht over het eiland Koh Rong, wat in de Mekong rivier ligt recht tegenover Kratie. Het is een klein eilandje, maar het leek ons leuk om even rond te kijken! De omgeving was nog lekker ongerept en we moesten hier en daar een koe ontwijken die zich op het pad waagde.
De volgende dag vonden we het mooi geweest in Cambodja en was het tijd om naar Laos te gaan! De reis ging lekker snel, alleen bij de grensovergang bleek de prijs van het visa aan hevig inflatie onderworpen. Vanwege alle stamp-, exit- en entreefees, plus de corruptie in beide landen, mochten we allebei  15 dollar meer dan verwacht neerleggen. Ook al is het normaal 30 dollar, er was niks aan te doen aangezien het de enige grens tussen Cambodja en Laos is. Het visum is wel een mooi plaatje, dat mag wel gezegd worden. Enfin, aangekomen op Don Det, 1 van de 4000 eilandjes in de Mekong, was alles al snel vergeten. Don Det staat bekend om zijn ‘horizontale’ sfeer en wij hebben ons er aan overgegeven! Met een bungalow inclusief twee hangmatten, uitkijkend op de rivier, hebben we volop kunnen genieten. Natuurlijk wilden wij ook wel wat actiefs doen, dus op de tweede dag hadden we een fiets gehuurd. Hiermee gingen we richting het andere eiland, Don Khong, waar we erg mooie watervallen en natuur hebben gezien! Uiteraard hebben we ons de rest van de dag met een BeerLao in de hangmat gelegen.

Op vijf december vierde Nederland Sinterklaas, echt zo een raar idee was dat! We zijn van Don Det naar Pakse gereist, een relatief korte reis waardoor we aan het begin van de middag aankwamen. Deze stad was vroeger de hoofdstad van het Franse protectoraat, maar net als de rest van de steden in Laos was het vrij klein. Wederom ligt het aan de Mekong rivier, wat altijd een leuke sfeer geeft. Je ziet ook veel Franse invloeden terug, bv de bouwstijl met de balkonnetjes en de beroemde baguettes. Ook hebben we hier de eerste kerstman en kerstboom gezien! Toch vrij apart als je in korte broek en slippers loopt. S’avonds hadden we toch nog even Sinterklaas gevierd. Aangezien de Sint ons huisje niet kon vinden, hadden we een lief gedichtje voor elkaar geschreven ;) Dag twee in Pakse werd gelijk weer nuttig besteed, namelijk met een motorbike rit naar Wat Phu in Champasak. Wat Phu was de voorloper van de Angkor Wat tempels, wat goed terug te zien was aan de bouwstijl. Ook al was er van de tempels niet veel meer over, het was echt een heel mooi plekje. Het ligt tegen een berg aan (de Penis berg volgens locals!), en heeft door de stijv..eh stijle ligging een fantastisch uitzicht. Eind van de middag waren we weer terug, en s’avonds hebben we gezellig gegeten met een stel uit Londen die we al eerder ontmoet hadden.

Omdat we toch een beetje van de standaard route af wilden wijken, zijn we de volgende dag naar Tad Lo gegaan. Dit is een klein dorpje dat door de grote backpacker groepen nog niet helemaal ontdekt is, waardoor je het echte Laos gevoel kreeg. Met de public bus erheen was al een hele ervaring, het lijkt een wedstijdje hoe vaak je onderweg kunt stoppen om locals en goederen (rijst, bloemkool, eieren etc.) in te laden. In Tad Lo hadden we het meest relaxte plekje van onze hele reis gevonden, een bungalow met veranda met uitzicht op de waterval. En dat voor 3 euro p.p.! Tad Lo is niet groter dan 1 straat, maar er zitten wel wat restaurantjes en guesthouses. Bij ons guesthouse hadden we een Nederlands stelletje leren kennen (Milan en Thomas) die toevallig op dezelfde dag vertrokken waren uit Nederland naar China. Hoe toevallig! Rest van de dag hadden we heerlijk rustig aan gedaan en s’avonds met een Amerikaan gekletst. De tweede dag in Tad Lo hebben we een wandeltocht door de dorpjes naar de drie watervallen gemaakt. Dit was erg leuk! Het pad was vaak wel verdwenen, maar na veel zoeken en proberen, hadden we toch alles bezocht. De eerste twee watervallen lagen dicht bij Tad Lo en daarna was het een paar kilometer naar de derde waterval, die bijna 100 meter hoog lag. Erg mooi, al was het straaltje water dat naar beneden kwam nou niet echt om over naar huis te schrijven. Dit zal in het regenseizoen wel indrukwekkender zijn.. Onderweg in de dorpjes hoorde je constant Sabaai Dii (hallo) van alle locals, erg leuk!  S’avonds met de Nederlanders gegeten, en naar de bus naar onze volgende bestemming, Tha Khaek, geinformeerd. De volgende dag zou er een bus vertrekken, die begin van de avond aan zou komen. De volgende ochtend bleek echter dat deze niet zou rijden, waarschijnlijk omdat het zondag was. Al snel besloten om dan nog een nachtje extra te blijven, zodat we deze bus de volgende dag konden pakken. Overdag hadden we lekker rustig aan gedaan, even bij de tweede waterval pootje gebaad, internet opgezocht en olifanten bezocht. Die olifanten staan daar heel dichtbij, echt heel tof. Ook hadden we ze geaaid, al blijft het toch wat eng door de omvang van die beesten. S’avonds kwamen we per toeval Nicole (die we in Vietnam al hadden ontmoet)nog tegen, echt grappig! De volgende dag lekker met de middagbus naar onze volgende bestemming. Dus niet! De bus reed weer niet, dus moesten we toch de late bus nemen. Dit is wel zo typisch Laos, het komt allemaal een beetje met de dag (of niet), en alles duurt echt superlang. Toch konden wij ongeduldige Nederlanders hier ook wel de charme van inzien. Na een mega banaan en chocalade pannenkoek in de ochtend en even badderen in de rivier vertrekken we dan toch uit Tad Lo naar Tha Khaek. De sleeperbus hierheen was goed te doen, want er lagen echte bedden in. We lagen dan ook net lekker te slapen toen we om half 1 (terwijl 10 uur werd gezegd, ook typisch Laotiaans) aankwamen!

Tha Keack stond op ons lijstje vanwege de grotten hier in de buurt. Met name de Kong Lor cave (die wel verder weg ligt), de grootste grot van Laos, wilden we graag bezoeken. Eerst lekker uitgeslapen en rustig ontbeten, om vervolgens met z’n vieren in een tuktuk de grotten in de buurt te bekijken. De eerste stop was de Buddha cave, die pas in 2004 ontdekt is. Erg apart, want in deze grot stonden al 229 Buddha beelden die ongeveer 600 jaar oud waren. Hier waren dan ook veel locals te vinden die Buddha vereerden. De tweede grot was eigenlijk de mooiste van het gezelschap. Hier gingen we via het water en over de rotsen door heen, erg tof. In de derde grot hingen om een onduidelijke redden allemaal vlaggetjes wat een vrolijk beeld gaf. De vierde grot was de grootste, deze was ook verlicht met allemaal verschillende kleurtjes, wat een beetje een apart sfeertje gaf. De laatste stop was even relaxen aan de rivier tussen de bergen, tot de tuktukman op zijn horloge tikte. We moisten wel voor het donker thuis zijn! S’avonds gegeten in Tha Keack, waar je Thailand zag liggen aan de andere kant van de rivier. Gek om te bedenken dat we daar over een aantal weekjes ook zijn. De volgende dag vroeg opgestaan, om half 8 ging de public bus richting Nam Bin, een klein dorpje dichtbij de Kong Lor cave (een goede highlight op 12-12-12). Om half 12 ingecheckt, en om 12 uur gelijk met een wat grotere tuktuk/truck ding naar de grot te gaan. Om de grot te bezoeken moest je met een bootje, met een bestuurder en een ‘gids’ samen. Het was pikkedonker in de grot, maar met een lampje zagen we nog genoeg. Wat een inmens groot ding was het! Op sommige plekken was die 100 meter hoog en 100 meter breed. We stopten onderweg bij een stuk met veel staligtieten en staligmieten die mooi verlicht waren. Hier kregen we een beetje een Droomvlucht idee (bij die zwevende planeten), terwijl de rest van de grot echt zo een maanlandschap leek. Na dik twee uur varen waren we weer terug (de grot was 7 km lang), en werden we weer netjes terug gebracht naar ons dorpje.

En toen waren we onderweg naar de hoofdstad, Vientiane! Na even zoeken hebben we een hotelletje in de drukste straat gevonden. Hier wilden we het visum voor Thailand regelen (zodat het langer geldig is), maar omdat we net met het weekend zitten, gaat dit een paar daagjes duren! Vietiane mag dan wel de hoofdstad zijn, met een inwonersaantal van 230.000 mensen voelt het als een kleine stad aan. Het ziet er leuk uit, veel Franse gebouwen en mooie tempels in de stad. Vanmorgen zijn we naar het Thaise consulaat geweest voor de visumaanvraag, en dan fiets je ook echt leuk door de ambassade wijk heen. Vanmiddag nog de Laotiaanse Arc de Triomf (het betonnen monster) bezocht. Zoals het bordje aan de buitenkant al letterlijk zei, was dit van dichtbij eigenlijk nog lelijker van veraf, haha. Dit gebouw is gemaakt met het beton dat eigenlijk voor een landingsbaan bedoeld was, echt raar maar erg grappig. Wel een mooi uitzicht bovenop! Hierna hebben we nog That Luang bezocht, wat het belangrijkste monument van Laos is. Hier ligt namelijk een borstbeen van Buddha himself verborgen. Het is een mooi plekje met wat mooie gebouwen.

Vanmiddag hebben we gebrainstormd over onze verdere reis! We zijn langer in Laos dan gepland, maar dit is zeker geen straf! Echt een mooi land met een fijne sfeer. We blijven hier waarschijnlijk nog 1,5 week ongeveer, dus we zijn al benieuwd waar wij de feestdagen doorbrengen (al gaat dit ook wel een beetje langs ons heen).

We wensen iedereen in Nederland natuurlijk al fijne Kerstdagen toe!